Walker Evans

Walker Evans is een van de meest invloedrijke fotografen van de twintigste eeuw. Zijn foto's en publicaties hebben verschillende generaties fotografen geïnspireerd, van o.a. Edward Weston, Arnold Newman, Helen Levitt, en Robert Frank tot Diane Arbus, Lee Friedlander, Bernd en Hilla Becher, New Topographics en Sherrie Levine, Bryan Schutmaat, Alec Soth en vele anderen.

Grondlegger van de hedendaagse fotografie

Als grondlegger van de documentaire traditie in de hedendaagse fotografie had Evans het vermogen om het medium te zien als één groot communicatiemiddel. Zijn hoofdonderwerp waren de kraampjes langs de weg, goedkope cafés, advertenties of grafische elementen, eenvoudige slaapkamers en hoofdstraten van kleine steden. Vijftig jaar lang, van eind jaren’20 tot begin jaren ’70, legde Evans de Amerikaanse scène vast waarmee hij een visuele catalogus van het moderne Amerika in wording creëerde.

Foto: Walker Evans-Garage Work, 1936

Evans (1906-1976)  experimenteerde als kind met schilderen, verzamelde ansichtkaarten en maakte kiekjes van zijn familie en vrienden met een kleine Kodak-camera. Na een jaar op College stopte hij met school en verhuisde naar New York, waar hij werk vond in boekwinkels en bij de New York Public Library, waar hij zijn passie voor boeken zoals van o.a James Joyce en Charles Baudelaire kon uitleven. In 1927, na een jaar in Parijs korte verhalen en non-fictie essays te hebben geschreven, keerde Evans terug naar New York met de intentie om schrijver te worden. Hij pakte daarbij  een camera op en ervoer dat fotografie een beter middel voor hem was om zijn literaire geest te bevredigen.

Modernisme

Evans' vroege werk in de late jaren 1920 en vroege jaren 1930 laten de invloed van het modernisme zien, van fotografen zoals Aleksandr Rodtsjenko en László Moholy-Nagy, waarbij hij patronen van wolkenkrabbers en andere architecturale elementen vastlegde, vaak van grote hoogtes gefotografeerd.

Foto: Walker Evans-Coney Island, 1929

Eugène Atget

Zijn stijl veranderde nadat hij het werk Eugène Atget tegenkwam vanwege diens eenvoudige en directe foto's van Parijs. Deze ontdekking was een keerpunt in Evans' carrière, die hem naar documentaire fotografie leidde.

Resettlement Administration

De depressiejaren van 1935-36 waren voor Evans productief en succesvol. In juni 1935 accepteerde hij een baan bij het Amerikaanse ministerie van Binnenlandse Zaken om een door de overheid gebouwde hervestigings gemeenschap van werkloze kolenmijnwerkers in West Virginia te fotograferen. Hij zette deze tijdelijke baan snel om in een fulltime baan als 'informatiespecialist' bij de Resettlement (later Farm Security) Administration, een New Deal-agentschap van het ministerie van Landbouw.

Onder leiding van Roy Stryker kregen de RA/FSA-fotografen (onder andere Dorothea Lange, Arthur Rothstein en Russell Lee) de opdracht om het leven in kleine steden vast te leggen en te laten zien hoe de federale overheid probeerde het lot van plattelandsgemeenschappen tijdens de depressie te verbeteren. 

Collectieve bewustzijn van het publiek

Evans werkte met weinig aandacht voor de ideologische agenda of de voorgestelde routes en beantwoordde in plaats daarvan aan een persoonlijke behoefte om een eenvoudig en het alledaags Amerikaans leven te laten zien. Zijn foto's van architectuur langs de weg, plattelandskerken, kappers in kleine steden en begraafplaatsen tonen een groot respect voor de tradities van de gewone man en zorgden ervoor dat hij een reputatie kreeg als Amerika's meest vooraanstaande documentairemaker. Vanaf hun eerste verschijning in tijdschriften en boeken eind jaren dertig, kwamen zijn beelden in het collectieve bewustzijn van het publiek terecht en zijn ze nu diep verankerd in de geschiedenis van de depressie van het land.

Foto: Walker Evans- Parked Car, 1932

Let Us Now Praise Famous Men

In de zomer van 1936 nam Evans verlof van de Resettlement Administration om met zijn vriend, de schrijver James Agee, naar het zuiden te reizen. Hij was door Fortune Magazine aangesteld om een artikel te schrijven over pachters. Evans zou de fotograaf zijn. Hoewel het tijdschrift uiteindelijk Agee's lange tekst over drie families in Alabama afwees, ontstond er na verloop van tijd uit de samenwerking het boek ‘Let Us Now Praise Famous Men’ (1941). 


Let Us Now Praise Famous Men

De 500 pagina's met woorden en afbeeldingen zijn een mix van documentaire beschrijvingen en subjectieve, soms autobiografische teksten, die als een van de baanbrekende prestaties van de Amerikaanse literatuur uit de twintigste eeuw worden beschouwd. 

Let Us Now Praise Famous Men was het tweede grote experiment dat uit de jaren dertig voortkwam (Roosevelts ‘New Deal’ was de eerste) en betekende een mijlpaal voor het medium, en de documentaire fotografie zoals we hem nu kennen, was geboren.

behoefte aan experiment

In de periode 1935-’42 kunnen we stellen dat Evans’ behoefte aan experiment en zijn literaire geest hem in staat heeft gesteld toepassingen te ontwikkelen die de fotografie een sterke communicatieve eigenschap heeft gebracht. 

Hij heeft ze niet alleen op een bewuste manier gebruikt, maar ook bij elkaar gebracht;

  •         documentair landschap
  •         grafisch element
  •         verhalende fotoserie
  •         typologie
  •         uitsneden
  •         beeldrijm in fotoselecties
  •         popart


Documentair landschap

In 1936 fotografeerde Evans Joe's Auto Graveyard, een landschap van waardeloze autowrakken, weggegooid in een leeg veld. 

Foto: Walker Evans-Joe's Auto Graveyard 1935

Vooral in de jaren dertig was het Amerikaanse landschap bezaaid met ruïnes en afval. Industrieel afval, puin van gebouwen, autowrakken, houten huizen in puin, vervallen herenhuizen, antiek en verbleekte interieurs: dit was het andere gezicht van Amerika. Net als de torenhoge wolkenkrabber of de glimmende auto was dit allemaal een element van de moderne wereld. Deze bezorgdheid over verval en veroudering gaf Evans een kritisch randje en onthult een diepe fascinatie voor de mechanismen van overproductie en consumptie die kenmerkend zijn voor die tijd waarin dit maatschappelijk en politiek absoluut niet actueel was.

Joe's Auto Graveyard is het eerste kritische ‘man-altered landscape’, een thema dat pas echt onderzocht werd in de jaren ’70 onder de vlag van New Topogaphics.


Grafisch element

Evans’ interesse in de Amerikaanse populaire cultuur beïnvloedde aankomende generaties fotografen en kunstenaars. 

Hij was een enthousiast lezer van vroege foto tijdschriften, waaronder Alfred Steiglitz's Camera Work, en had een scherp besef ontwikkeld van de kracht van een fotografische sequentie, net als de impact van typografie en grafisch ontwerp. Voor Evans waren woorden, beelden en lay-out meer dan lukrake onderdelen van een wegwerpgeheel. Hij vulde veel van zijn uitsneden en landschappen met grafische elementen. Deze elementen werden in een context geplaatst of ze werden er uitgehaald waardoor ze een andere betekenis kregen dan waar ze voor bedoeld waren.

Foto: Walker Evans-Torn Movie Poster, 1930

De foto met de titel ‘Torn Movie Poster’  toont een zwart-witte filmposter die in het midden is gescheurd. De scheur verstoort de afbeelding op de poster, waarop de gezichten van een man en een vrouw staan. Beide gezichten zijn kort bijgesneden en het woord ‘SAS’ is gedeeltelijk zichtbaar bovenaan de poster, wat suggereert dat er een grotere tekst of titel is die grotendeels is verduisterd, waarschijnlijk door het gescheurde papier. De gescheurde randen voegen een bijna driedimensionaal effect toe aan de foto. Je ziet door de scheur heen de houten plank waar de film posters, laag na laag, over elkaar zijn heen geplakt. Het filmkoppel is in eerste instantie gefotografeerd waarna er een fotografische tekening van hen is gemaakt ten behoeve van het grafisch proces voor de filmposters in die tijdsperiode. Uiteindelijk fotografeert Evans het koppel weer en sluit hiermee de cirkel. De foto van het koppel krijgt nu een andere functie dan waar het voor bedoeld is. Hetzelfde doet hij met ‘Penny’s Picture Display’. (zie hieronder bij Popart)


Verhalende fotoserie

Nadat Evans de FSA had verlaten, werkte hij samen met James Agee aan het boek ‘Let Us Now Praise Famous Men’ waarin hij drie pachtboeren families in Alabama documenteerde.

De foto's gaan vooraf aan het geschreven gedeelte van het boek en bevatten portretten van de boeren en hun families, naast foto's van hun huizen, en uitsneden met meubels, kleding en huisdieren.

Foto's Walker Evans uit: Let Us Now Praise Famous Men

Evans maakt hier een combinatie van drie vormtoepassingen waarin hij er met zijn selectie in slaagt een consistent verhaal weer te geven en waarmee hij de moderne documentaire fotografie op de rails zet.


Typologie

In het boek ‘Walker Evans At Work’ wordt meer duidelijk hoe Evans midden jaren ’30 op zoek is naar een manier om zijn foto’s in te zetten ter bevordering van beeldcommunicatie. Hij experimenteerde met uitsneden (zie onder), beeldhoeken en perspectieven, verschillende objectieven en camera’s om het gewenste resultaat te krijgen waar hij naar op zoek was.

Uit: Walker Evans At Work

Op de foto zien we een fragment hoe hij dit aanpakte t.o.v. een gebouw. Uiteindelijk fotografeerde hij de gebouwen ‘dead pan’ om afleiding als perspectief en compositie te voorkomen. Dit werd hem niet in dank afgenomen door de Administrattion die ‘duidelijke’ beelden van de situatie wilde en geen fotografisch communicatief experiment.


'Labor Anonymous'

De foto's die Evans in juli 1946 in Detroit maakte, toen hij in opdracht van het tijdschrift Fortune een middag doorbracht op een kruispunt, waar hij voorbijgangers fotografeerde op heuphoogte. De foto's verschenen in een spread van twee pagina's met de titel ‘Labor Anonymous’, waarin lezers werden uitgenodigd om de passanten te bekijken waarbij een typologie werd ingezet van de Amerikaanse arbeider. De lezer/kijker gaat automatisch de overeenkomst in verscheidenheid aanbrengen.

Uitsneden

Ook hier zien we hoe Evans onderzoekt wat voor hem de beste uitsnede zou kunnen zijn. Daar waar Atget zijn onderwerpen verzamelt en ze rangschikt, zet Evans zijn beelden in voor het verhaal; welke uitsnede past het beste bij een portret en een landschap.

Walker Evans' onderzoek uitsneden

Beeldrijm in fotoselecties

Evans werkte al vroeg in zijn carrière voor het tijdschrift Fortune, aan speciale opdrachten van 1934 tot 1941 en als fotoredacteur van 1945 tot 1965. Hij publiceerde in die periode 372 foto's, slechts een fractie van het totale aantal dat hij voor het tijdschrift maakte. Naast het maken van de foto's bedacht hij zijn eigen opdrachten, schreef hij vaak de bijbehorende essays en werkte hij de pagina-indelingen uit. Fortune werd enkele maanden na het begin van de Grote Depressie opgericht en kreeg meteen een reputatie als een kwalitatief hoogstaand tijdschrift, met beeldende kunst op de cover en artistiek inhoudelijke onderwerpen. Deze ervaring kwam hem goed van pas voor zijn uitgave; 'American Photographs'.

Op onderstaande foto zien we een selectie van 4 opeenvolgende pagina’s uit het boek ‘American Photographs’ uit 1938. Het boek hoorde bij de gelijknamige tentoonstelling uit 1938 van het Museum of Modern Art.

'Visual rhyme' in selectie

Evans selecteerde deze 4 foto’s die een verwijzing naar elkaar vormen. Zijn commentaar op het industriële wegwerpmechanisme, middels het gebruik van de auto, is op een poëtische manier tot uiting gebracht.. 

American Photographs

Evans en het boek ‘American Photographs’ was de grote inspiratiebron voor Robert Frank’s ‘The Americans’. Het boek wat binnen het medium, eind jaren ’50, een culturele ommezwaai teweegbracht en een fundament bleek voor een nieuwe generatie fotografen.


Popart

Walker Evans' onvergetelijke foto's uit de depressietijd hebben zijn carrière gelanceerd en hem een blijvende plaats in de Amerikaanse sociale en culturele geschiedenis opgeleverd. De foto's die hij in de daaropvolgende jaren maakte zijn grotendeels over het hoofd gezien. In zijn latere carrière, werkte Evans voor het tijdschrift Fortune, publiceerde hij veel boeken en gaf hij les aan de Yale University, naast het beheren van de erfenis van zijn beroemde foto's uit het FSA-tijdperk. Evans maakte talloze innovaties in de fotografie mee, beginnend met de grootformaat 8×10-camera en overstappend op draagbare Rolleiflex- en 35mm-apparatuur. Hij stapte in de jaren ’50 voorzichtig over op kleurenfilm en omarmde uiteindelijk de instant prints van een Polaroid-camera in de jaren 70.


Wil je meer weten over inhoudelijke fotografie? Lees onze blogs, download ons E-book of schrijf je in bij ons BEELDlab. Ben je klaar voor de echte cursus? In september starten we weer op. 

Heb je interesse in onze cursus maar wil je eerst een vrijblijvend oriënterend Zoom gesprek? Stuur ons een mail en we maken een afspraak.