Nicholas Nixon, geboren in 1947 in Detroit studeerde Amerikaanse literatuur aan de Universiteit van Michigan en hier ontdekte hij zijn liefde voor fotografie en behaalde hij zijn master in het medium aan de Universiteit van New Mexico.
In 1974 verhuisde Nixon naar Boston, waar hij zijn kenmerkende stijl begon te ontwikkelen; werken met een grote, statige 8x10 inch camera, volledig in zwart-wit. In plaats van snelle snapshots koos hij voor traag en zorgvuldig fotograferen. Met deze grootformaat camera kon hij ongekende details vastleggen, waarbij zowel de voorgrond als achtergrond messcherp in beeld bleven.
New Topographics
Zijn werk laat een diepe interesse zien in de relatie tussen mensen, tijd en omgeving. In de jaren ’70 legde hij het veranderende stadslandschap van Boston vast. Dit werk werd opgenomen in de invloedrijke tentoonstelling New Topographics: Photographs of a Man-Altered Landscape in 1975.
Nixon viel in 1975 op tijdens de baanbrekende tentoonstelling ‘New Topographics’ dankzij zijn kalme, scherpe blik op de door mensen gevormde stad. Geen romantische vergezichten of dramatische luchten, maar heldere zwart-witbeelden van alledaagse stadsgezichten vastgelegd met een logge 8x10 inch camera. Juist die traagheid bracht een ongekende precisie met zich mee. Zijn foto's, gemaakt in Boston en New York, tonen een herhaling in de architectuur. En hoewel mensen zelden in beeld zijn, voel je hun aanwezigheid overal. Nixon legde vast hoe steden groeien en hoe we, bijna ongemerkt, onze omgeving vormgeven. Zijn werk paste perfect in de visie van curatoren John Szarkowski en William Jenkins. Jenkins die met ‘New Topographics’ de fotografie naar een eerlijker, neutraler perspectief wilde sturen.
The Brown Sisters
Hoewel Nixon begon met stads- en landschapsfotografie, verschoof zijn focus steeds meer naar portretten. Hij wilde laten zien hoe mensen zich gedragen in openbare ruimtes, maar ook hoe dat gedrag verschilt van intieme, privé-momenten. Bekend werd hij met zijn serie The Brown Sisters, waarin hij sinds 1975 elk jaar zijn vrouw Bebe en haar drie zussen fotografeerde, telkens in dezelfde volgorde. Deze jaarlijkse portretten vormen een krachtig document over tijd, familie en verandering.
In de zomer van 1975 maakte Nicholas Nixon spontaan een foto van zijn vrouw Bebe en haar drie zussen. Het was een ontspannen moment en ze stonden in een vaste volgorde. Een detail dat een jaar later opnieuw werd herhaald. Vanaf dat moment werd het een jaarlijks ritueel, elk jaar dezelfde vier vrouwen, in dezelfde volgorde, voor de camera. Wat begon als een simpel familieportret groeide uit tot The Brown Sisters, een project dat tientallen jaren besloeg en wereldwijd indruk maakte. Nixon fotografeerde met natuurlijk licht, zonder opsmuk. De zussen trokken aan wat ze wilden; niets werd geregisseerd. En toch vertellen de foto's een rijk verhaal over ouder worden, over verbondenheid, over zusterliefde. Hun houdingen veranderden van losse zelfstandigheid naar een hechter samenzijn, vaak met armen om elkaar heen. Nixon legde niet alleen beelden vast, maar ook vertrouwen. De serie toont tijd, liefde, discretie en kracht.
Technische precisie en menselijke warmte
Nixon’s foto’s zijn direct en gevoelig tegelijk. Hij fotografeerde mensen in bejaardentehuizen, mensen met AIDS, geliefden op hun veranda’s, en kinderen op schoolpleinen. In al die beelden zie je een stille aandacht, een respectvolle nabijheid. Zijn onderwerpen lijken op hun gemak, zelfs in de meest kwetsbare situaties. Wat zijn werk zo bijzonder maakt, is de combinatie van technische precisie en menselijke warmte. Waar anderen snelle, spontane beelden maakten met kleine camera’s, koos Nixon juist voor traagheid. “Ik houd van grotere tijdsfragmenten,” zei hij ooit. Die keuze geeft zijn beelden een rustige kracht. Elk detail telt: een blik, een handgebaar, de stand van het licht.
‘Nursing Homes’ (begin jaren '80)raakt door zijn combinatie van technische precisie en diep mededogen. In plaats van ouderen neer te zetten als hulpbehoevenden, toont hij hen als mensen met een leven, verleden en waardigheid. Met zijn grootformaat camera legt hij elk detail vast, waardoor de beelden intiem en intens aanvoelen. De zwart-witfoto’s zijn eenvoudig, maar krachtig in hun stilte en respect. Nixon kijkt niet weg van ouderdom, maar laat haar zien zoals ze is: kwetsbaar én waardevol. Deze serie nodigt uit tot nadenken over hoe we omgaan met ouderdom en sterfelijkheid.
In People with AIDS (1987-1990) richtte Nicholas Nixon zijn lens op vijftien mannen die leefden met aids. In een tijd waarin de ziekte door overheid en zorgsystemen vaak werd genegeerd, koos Nixon voor een intieme benadering. Hij volgde de mannen van dichtbij, soms tot hun overlijden. De beelden zijn rauw, ontroerend en opvallend huiselijk. De serie kreeg veel aandacht, maar ook stevige kritiek. Sommigen vonden de foto's krachtig en empathisch, anderen zagen een gemis aan context en nuance. Nixon's werk werd zowel geprezen als bekritiseerd: zijn portretten riepen vragen op over hoe we ziekte, sterfelijkheid en beeldvorming begrijpen. De foto's laten veel zien, en juist wat ze niet tonen, zegt misschien nog meer.
Museum of Modern Art in New York
In 1988 presenteerde het Museum of Modern Art in New York een bijzondere tentoonstelling over het werk van Nixon. Vijf series stonden centraal, elk met een eigen thema, maar met dezelfde nauwkeurige blik en ingetogen stijl. The Brown Sisters is uitgegroeid tot een van de meest herkenbare projecten in de hedendaagse fotografie.
Wil je meer weten over inhoudelijke fotografie? Lees onze blogs, download ons E-book of schrijf je in bij ons BEELDlab. Ben je klaar voor de echte cursus? In september starten we weer op.